Bestrijding Japanse duizendknoop (5-stappenplan)

10 december 2021, Renze Haitsma

Vanaf januari 2020 ben ik als omgevingsmanager betrokken bij de aanpak van Japanse duizendknoop in Amsterdam. Deze woekerplant zorgt voor schade aan gebouwen, wegen en leidingen. Daarom is het hard nodig om de snelle verspreiding van de plant te stoppen. Samen met vier collega’s van TAUW en Syntraal en drie werknemers van gemeente Amsterdam vormen we het ‘Projectteam JDK’.

Met honderden groeiplaatsen en elke week nieuwe meldingen lijkt het soms vechten tegen de bierkaai. Regelmatig krijg ik de vraag hoe we de bestrijding in de openbare ruimte aanpakken. Daarom in deze blog een vereenvoudigd weergeven stappenplan aangevuld met een aantal anekdotes uit de praktijk. Ter lering voor partijen die Japanse duizendknoop willen bestrijding en ter vermaak voor de geïnteresseerde lezer.

Toelichting stappenplan

Stap 1: Schouwen

Elk jaar komen er talloze meldingen binnen over nieuwe groeiplaatsen van Japanse duizendknoop in onze hoofdstad. Deze worden ingevoerd in het databeheersysteem Geovisia. De eerste stap is het controleren van deze plekken in het veld. Vaak blijkt het inderdaad duizendknoop te zijn en vullen we een paspoort in met gegevens van deze groeiplaats (oppervlakte, dikte van stengels, afstand tot rijweg etc.) Regelmatig blijkt een melding ook loos alarm. Dan verwarren bewoners de plant bijvoorbeeld met Zuring (Rumex), Kornoelje (Cornus) of de Gewone duizendknoop als tuinplant (Persicaria). 

Eens beweerde een bewoner dat ze Japanse duizendknoop met stekels in haar tuin had. Ze kon helaas geen foto van de plant sturen en was erg stellig in haar mening. Enigszins wantrouwend hoorde ik deze melding aan. Al fantaserend over de ontdekking van een nieuwe plantensoort werd de groeiplaats opgezocht. Eenmaal aangekomen bleek de tuin vol bramen te staan…

Stap 2: Prioriteren

Met ruim 800 groeiplaatsen in Amsterdam hebben we niet te klagen over een beperkte werkvoorraad. Deze plekken kunnen we niet allemaal aanpakken en daarom maakt gemeente Amsterdam elk jaar een prioritering van de groeiplaatsen die als eerste verwijdert moeten worden. Bij deze prioritering wordt o.a. gekeken naar de kans op economische schade, het risico van onveilige situaties (bv. langs wegen) en de kans op snelle verspreiding. Als de ranglijst met groeiplaatsen is opgesteld kan de werkvoorbereiding beginnen.
 

Stap 3: Voorbereiden

Voordat een aannemer de graafmachine kan starten, is een goede voorbereiding nodig. Zo moeten we de omgeving informeren, afstemming zoeken met raakvlakprojecten rond de groeiplaats en vergunningen aanvragen. Ook proberen we gezamenlijk met de aannemer tot een offerte te komen waar we vertrouwen in hebben. Samen met de uitvoerder wordt de groeiplaats ingemeten en een verwijderingsmethode besproken. Bij een akkoord over de prijs en aanpak geven we opdracht en kan de aannemer het werk starten. Bij één van de locaties van afgelopen jaar was de groeiplaats niet meer zichtbaar omdat vanuit een nieuwbouwproject per ongeluk 300m3 grond bovenop de groeiplaats was gestort. Met gezamenlijke inspanning uit beide projecten hebben we deze grond deels afgevoerd en deels gereinigd voor hergebruik bij de nieuwbouw.

Stap 4: Bestrijden

In Amsterdam werken we (vanuit een raamcontract) samen met meerdere groenaannemers voor de daadwerkelijke bestrijding van de plant. De beste methode voor verwijdering van een groeiplaats hangt af van de omstandigheden op die plek. Afgelopen jaren zijn verschillende werkwijzen gehanteerd:

  • Het verwijderen van stengels en uitrieken van wortels (zowel met een minikraan als handmatig)
  • Afgraven van de vervuilde grond, grove worteldelen eruit zeven en overgebleven grond thermisch reinigen (verhitten zodat wortelresten sterven). De schone grond wordt weer terug gestort
  • Afgraven van de gehele groeiplaats en deze grond afvoeren naar een erkend verwerker. Daarna wordt schone grond teruggestort
  • Elektrocutie van de stengels (deze methode vraagt om veel herhaling)

Momenteel doet gemeente Amsterdam proeven met bestrijding door de bladvlo en het inunderen van groeiplaatsen. Alle mogelijkheden worden aangegrepen voor een duurzame aanpak van dit probleem.
 

Stap 5: Nazorg en monitoring

Herhaling, herhaling, herhaling. Volledige verwijdering van Japanse duizendknoop is een kwestie van lange adem. Het is essentieel om groeiplaatsen te controleren op eventuele hergroei. Wist u dat er inmiddels ook een hond wordt ingezet die kan ruiken of er nog Japanse duizendknoop in de grond zit? Zelfs een klein worteldeeltje dat achterblijft kan uitgroeien tot een nieuwe stengel. Daarom controleert de aannemer tot een jaar na de sanering of er nog plantjes bovenkomen zodat de groeiplaats uiteindelijk helemaal ‘schoon’ wordt opgeleverd.

Gezamenlijke inspanning

Nu de Japanse duizendknoop en haar groeikracht in Nederland steeds bekender wordt, hoor ik vaak de vraag: ‘’heeft de bestrijding eigenlijk wel zin?’’ Het antwoord is ja, maar wel met een gezamenlijke inspanning. Als omgevingsmanager krijg ik wekelijks mails waarin bewoners vragen wanneer we duizendknoop in hun straat verwijderen. Steeds vaker probeer ik het initiatief terug te leggen en inwoners zelf aan te zetten tot actie. En inmiddels met succes.

Met een goede voorlichting, de juiste spullen en een beetje doorzettingsvermogen zijn meerdere groeiplaatsen definitief verdwenen. Daarom vind ik het mooi dat in Amsterdam ook vrijwilligersgroepen actief zijn met bestrijding van Japanse duizendknoop in de openbare ruimte. Want de openbare ruimte is voor iedereen en gemeente Amsterdam heeft ook echt de hulp van bewoners nodig bij de bestrijding van deze woekerplant. Waar de rijksoverheid ons aanspreekt op het ‘wij gevoel’ in de strijd tegen corona doe ik dat in de strijd tegen Japanse duizendknoop. Want alleen samen krijgen we Japanse duizendknoop onder controle

Heeft u een vraag over de Japanse duizendknoop?

Leg uw vraagstuk voor aan onze experts, wij adviseren graag.