Recentelijk is onze Whitepaper 'Leidraad voor bouwen aan Biodiversiteit: van kavel en wijk naar natuurinclusieve steden en dorpen' verschenen waarin we u inspireren en uitdagen om natuurinclusief bouwen op te schalen naar tenminste wijkniveau. Ook pleiten wij voor de (eco)systeemgerichte aanpak waardoor er uiteindelijk meer ecologische samenhang ontstaat in het stedelijk gebied. In deze blog willen we u 8 tips meegeven die ervoor zorgen dat natuurinclusief bouwen (NIB) een volwaardig(er) thema wordt binnen projecten en organisaties.
De ervaring leert dat het enthousiasme en de bereidheid groeien als men geïnspireerd is. Laat dus zien waar we het voor doen. Toon de (doel)soorten, het beoogde groen en de overige maatregelen voor flora en fauna. Betrek daarnaast zoveel mogelijk belanghebbenden. Een natuurinclusieve wijk, dorp of stad vraagt erom dat iedereen een steentje bijdraagt: de planvormers, ontwikkelaars, beheerders, bewoners, etc. Maak het natuurinclusieve verhaal voor iedereen duidelijk en inspireer en faciliteer om mee te doen.
In de praktijk blijkt dat iedereen NIB op een andere wijze voor zichzelf definieert. De één vindt een klimop tegen de gevel natuurinclusief, terwijl de ander een compleet biotoop voor de egel wil creëren. Essentieel is om de definitie per project, per gemeente, etc. helder vast te leggen. Een (voorbeeld)definitie zou kunnen zijn:
Natuurinclusief bouwen is een vorm van duurzaam ontwikkelen waarbij zodanig ontworpen, gebouwd, ingericht én beheerd wordt dat een bouwwerk én de ruimte eromheen voor onbepaalde tijd bijdraagt aan versterking van de lokale biodiversiteit en natuurwaarden ten opzichte van de bestaande situatie.
Ook de beoogde ambitie voor NIB dient zo vroeg mogelijk in een plan- of beleidsproces te worden vastgelegd. Het zal hierdoor lastiger worden om af te wijken van deze ambitie. Ambitieverlies wordt hiermee (deels) beperkt. Bij tip 6 meer hierover.
“Hoe vroeger er in het planproces over natuurinclusiviteit wordt nagedacht, hoe groter de impact die je nog kunt hebben.”
Te vaak wordt een terrein eerst compleet vernietigd, bouwrijp gemaakt en opnieuw opgebouwd. Dit terwijl er op het oude terrein vast en zeker al natuurwaarden aanwezig waren. Probeer dergelijke waardevolle elementen te behouden en te integreren in het ontwerp voor de nieuwbouw. Zelfs als een boom of stoeptegel onverhoopt moet wijken, is er nog veel mogelijk om te hergebruiken als natuurinclusief element.
Ook natuurwaarden in de directe omgeving van een plangebied zijn van onschatbare waarde. Sluit hierop aan en ontwerp of beheer met het oog op deze natuurwaarden.
Vanuit de klimaatopgaven, energie en circulariteit zijn er vaak al concrete doelstellingen in projecten of beleid geformuleerd die vooruitlopen op de biodiversiteitsambities. Met biodiversiteit kan eenvoudig aangesloten worden op deze doelstellingen. Sterker nog, het combineren van de doelstellingen versterkt de kwaliteit. Volgens ons is een uitbundige biodiversiteit een garantie voor succes op de andere thema’s, maar andersom niet. Dit alles maakt biodiversiteit tot een ‘Leitmotiv’ in het stedelijk gebied (zie whitepaper).
De cyclus van beleid naar inrichting, beheer en monitoring (zie figuur) wordt voor groen en biodiversiteit nog maar sporadisch gesloten. In beleid en inrichting is biodiversiteit vaak wel (min of meer) geborgd, beheer blijft daar helaas nog flink op achter, en monitoring wordt vrijwel nooit uitgevoerd. Terwijl: een goed beheer belangrijker is voor de biodiversiteit dan een goede inrichting. We leren te weinig over wat goed werkt en wat niet. Zorg er dus voor dat ecologisch beheer geregeld is voordat er wordt ontwikkeld en ga meten wat !
Een belangrijke opgave in het projectproces, dat ook beheer en monitoring zou moeten omvatten (zie tip 5), is het voorkomen en beperken van ambitieverlies. Te vaak leveren ambitieuze bouwopgaven matige resultaten op het vlak van natuurinclusiviteit en biodiversiteit. Allereerst moet de ambitie vastgelegd worden (liefst zo hoog mogelijk), zie tip 2. Daarnaast is het van belang dat een expert NIB of biodiversiteit in elke fase (en op besluitmomenten) een volwaardige stem heeft (zie tip 7).
Of we het nu hebben over een projectvisie, schetsontwerp, definitief ontwerp, daadwerkelijke bouw of beheer, in elke fase is focus op NIB nodig. Mis je de focus in één of meerdere stappen, dan levert dat onvermijdelijk ambitieverlies op (zie tip 6). Zorg dus dat in elke fase en bij ieder besluitmoment een expert NIB of biodiversiteit is aangehaakt en sluit elke fase af met een concreet product op het gebied van NIB.
Zoals in onze whitepaper aangegeven, pleiten wij voor systeemgericht ontwerpen. Onderdeel daarvan is over onze grenzen heen kijken. Een leefgebied van een (doel)soort stopt namelijk niet bij een kavel- of projectgrens. Als we over onze grenzen heen kunnen en willen kijken, dan kunnen we echt verschillen gaan maken op het gebied van biodiversiteit. Lukt ons dit niet, dan blijft het bij een maatregeltje hier en een maatregeltje daar waar de biodiversiteit niet zoveel mee opschiet.
“Samen kunnen we meer biodiversiteit mogelijk maken.”
Met bovenstaande 8 tips hopen wij dat u een beter beeld heeft gekregen van wat nodig en belangrijk is voor NIB en de biodiversiteit. Bent u geprikkeld en/of wilt u hier meer over weten, neem gerust contact op.
Ga naar onze whitepaper 'Leidraad voor bouwen aan Biodiversiteit': Van kavel en wijk naar natuurinclusieve steden en dorpen' via onderstaande buitton.
Leg uw vraagstuk voor aan onze experts, wij adviseren graag.