“(Omgevings)wet van de remmende voorsprong?”

Marco Bastiaanssen

In de 6e versnelling

Steeds vaker lopen we als adviseur van industriële bedrijven tegen de muur van wettelijke termijnen en (vergunning) procedures aan.

Waar de bedrijven gaan voor snel-sneller-snelst, worden vergunningprocedures daarentegen ingewikkelder en integraler. Milieu-, bouw-, natuur-, water- en ruimtelijke ordeningsvraagstukken lopen parallel of zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. En ze zijn tegelijkertijd ook procedureel separaat te doorlopen. Dat is ingewikkeld en leidt tot steeds grotere risico’s op voortijdig struikelen van (delen van) vergunningaanvragen en daarmee een grotere kans op vertraging van vergunningverlening en dus ook de start van benodigde bouwwerkzaamheden.

Alles haakt in elkaar en dat betekent voor de vergunningsaanvrager dat er steeds meer vooraf moet worden onderzocht en inzichtelijk moet worden gemaakt. Dit komt onder andere omdat de vergunningverlener dit vereist. Hierdoor ontstaat een steeds grotere kans op inconsistentie en komen meerdere struikelblokken naar voren. Als bijvoorbeeld het milieuonderdeel door kan, maar de vereiste natuurvergunning kan niet worden verleend, dan is het milieuonderdeel ook niet bruikbaar. Met de komst van Omgevingswet wil de overheid er voor zorgen dat er meer overzicht komt, procedures korter worden en dat het eenvoudiger wordt om de wet te volgen.

Betekent de Omgevingswet verandering?

Ja, er gaan zeker dingen veranderen met de nieuwe wet. Maar wat precies en welke gevolgen dat heeft weten we nu nog niet. Ik krijg hier wekelijks vragen over van mijn klanten. Dat is niet vreemd: zij weten ook niet wat ze te wachten staat. Wat ik ze nu al wel meegeef is dat ze nu al wel kunnen voorsorteren en zich daarmee voor kunnen bereiden op de komst. Ook komt het voor dat ik adviseer om een specifieke vergunning nu alvast aan te vragen als blijkt dat het straks mogelijk ingewikkelder is om deze te verkrijgen. Als adviesbureau doen we er alles aan om de risico’s en vertragingen als gevolg van de invoering van de wet voor onze klanten zo veel mogelijk te beperken. Dat doen we bijvoorbeeld aan nieuwe werkprotocollen, het toepassen van datamanagement, integrale opleidingen van personeel en partnerships met de opdrachtgever. En natuurlijk volgen we de ontwikkelingen op de voet door wetsvoorstellen te lezen, feedback te geven en in gesprek te gaan met klanten en beleidsmakers.

Nieuwe wetgeving

Wat gebeurt er aan de kant van de wetgeving? Daar ligt tenslotte de oorsprong van alles wat bedrijven (en dus wij als adviesbureau) moeten uitzoeken en aanleveren. Zodanig dat de steeds omvangrijker wordende ‘ambtenarij’ er een klap op kan geven en redelijk risicoloos een vergunning kan afgeven. Gaat de wet voor de bedrijven verandering brengen? Ik verwacht dat het uiteindelijk maar beperkte invloed zal hebben.

Met de wet wordt getracht om alle huidige 26 verschillende wetten goed met elkaar af te stemmen en te kunnen gaan behandelen in 1 procedure. Echter voorzie ik juist een verdere verschuiving van de ‘(onderzoeks)belasting’ en kans op ‘vertraging’ naar de voorbereidingsfase in een vergunningstraject. Voorheen kon je nog wel eens iets regelen door het stellen van vergunningvoorschriften, maar tegenwoordig moet alles gegarandeerd zijn voordat een vergunning wordt verleend.

Bedrijfsdynamiek

Waarom is vereenvoudiging van de regels en procedures en het verkorten van doorlooptijd(en) nu zo belangrijk? Bedrijven willen en gaan snel. Ze moeten ook wel. Waar vandaag product X bovenaan in de hitlijsten staat, is morgen product Y de snelst groeiende variant. Ze moeten en willen hierop anticiperen en het productieproces hierop aanpassen, bijvoorbeeld door het finetunen van het bestaande proces of zelfs nieuwbouw. Binnen een (half) jaar moet het staan en in gebruik worden genomen: de schop moet dus direct de grond in.

Helaas houdt ons huidige wetgeving en procedurele systeem het niet bij. Het verkrijgen van een bouwvergunning kost procedureel volgens de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB) al 26 weken. Een bouwvergunningprocedure kan wel sneller doorlopen worden, maar een milieuvergunning niet. Laat staan als het bestemmingsplan bepaalde onderdelen niet toe staat of als er een MER-procedure nodig is. Dan zal de procedure mogelijk nog langer zijn. Ook de recente uitspraken van het Europese hof aangaande het PAS (Programmatische Aanpak Stikstof) werkt in snelle afhandeling niet mee.

Een goede voorbereiding…

Aan de formele vergunningprocedure gaat een behoorlijke voorbereidingstijd vooraf. Zo heb je de planvorming van het bedrijf en het uitwerken van de aanvraag, inclusief de diverse benodigde onderzoeken. Onderzoeken die in detail uitgewerkt moeten worden, terwijl het bedrijf dit detail vaak nog niet weet. Ervaring leert dat dit ook al snel 3 tot 6 maanden duurt. En dan de wetenschap dat er pas gestart mag worden met de bouw als formeel alle vergunningen verleend en onherroepelijk zijn…

Kan de voorbereiding op en de vergunningsprocedure zelf niet sneller?

Ik denk van wel. Oplossingen kunnen liggen in verdere standaardisatie van regels en beperken van regels in situaties waarin maatwerk benodigd is, alsmede het geven van meer vrijheid aan bedrijven in de invulling van de basisregels (meer kader scheppend). Ook aan de kant van het bedrijfsleven kan de doorlooptijd positief beïnvloed worden door strategisch na te denken met hun (milieu)adviseur over de toekomst van het bedrijf, alsmede accepteren dat er altijd een vergunning benodigd is die zal moeten worden aangevraagd. Hoe mooi zou het zijn als de overheid en het bedrijfsleven (en omgeving) elkaar wat vaker opzochten en meer gaan samenwerken aan hun gezamenlijke doel.

Mogelijk dat de Omgevingswet dat wél gaat bespoedigen. ‘Participatie’ is namelijk niet voor niets nadrukkelijk(er) opgenomen!

 

Hoe kunnen wij u helpen?

Leg uw vraagstuk voor aan onze experts, wij adviseren graag.